Huisvesting
Een papegaaienkooi moet allereerst op een goede plaats staan. Hij mag niet in de volle zon of op de tocht staan en niet te laag bij de grond.
Het is het beste de kooi met tenminste één kant langs een muur te plaatsen, want dat geeft de papegaai een veilig gevoel. De kooi moet zo ruim mogelijk zijn zodat de vogel in ieder geval zijn vleugels uit kan slaan. Er moeten een aantal zitstokken in de kooi aangebracht worden met een doorsnee van minimaal twee cm. Ook is het aan te bevelen gebruik te maken van een slijtstok waar de vogel zijn nagels op kan slijten, zodat ze niet te lang worden.
In de kooi moeten de voerbakken zo gemonteerd zijn dat er geen ontlasting in kan vallen. Ook dienen deze stevig bevestigd te worden, zodat ze niet op de grond terechtkomen. Water kan makkelijk op hygiënische wijze aangeboden worden door gebruik te maken van zogenaamde hamsterflesjes. Papegaaien willen namelijk graag van alles in het water stoppen.
Als bodembedekking kan het best materiaal gebruikt worden dat niet te licht is. Zand bijvoorbeeld waait uit de kooi zodra de vogel zijn vleugels uitslaat. Grove beukenhoutsnippers zijn een beter keus.
Ook moet de kooi voorzien worden van diverse speelattributen die regelmatig afgewisseld worden. Het hoeft niet allemaal duur speelgoed uit de winkel te zijn; een lege wc rol vinden veel papegaaien al geweldig. Ook kunnen ze zich uren met een wilgentak vermaken.
In een volière geldt eigenlijk hetzelfde als in een kooi. Een tochtvrij nachthok is in de winter beslist nodig.